Lara over bevallen: ‘De verloskundige had de placenta opgezet als een tentje’
We moeten het eens hebben over het grootste geneugte dat ik als vrouw heb mogen ervaren: het baren van mijn kinderen. Dat zeg ik natuurlijk met een boel ironie, want het liefst hang je een week erna nog met je vulva in een bak met bevroren erwten, maar het waren echt de twee mooiste ervaringen uit mijn leven, dus ik praat er graag over.
Blijkbaar maak je tijdens je bevalling een grappig stofje aan waardoor je veel van de pijn, zorgen en het ongemak van dit bijzondere evenement vergeet. Toch zijn er bepaalde details die je altijd bij zullen blijven. Dit zijn de dingen die mij wél zijn bijgebleven van mijn eerste bevalling:
Een
Als je een ‘bevalplan’ mag maken, denk je: oh geinig, dan maak ik nu een script van hoe de boel gaat verlopen. Fout. Het is een leermoment van accepteren en loslaten dat baren. Zo werd mijn serene thuisbevalling in een heerlijk door (led)kaarsen omgeven opblaasbad – ja, ook ik had te veel Instagram-posts van Nina Pierson in mijn timeline – een zevenentwintig uur durende ziekenhuisbevalling onder tl-verlichting.
Twee
Dat wat men ‘strippen’ noemt, voelt niet als iets sexy en langzaam ontdoen van een laagje van iets anders, maar meer alsof ze op zoek gaan naar een kwartje tussen de kussens van die oude plofbank uit je studententijd. Gegraai galore.
Drie
Ik wil nooit meer meekijken terwijl er iets met de omtrek van een kleine Ikea-poef vastzit in mijn opening. En al helemaal niet via een spiegel zo groot als een 17” televisie met een kitscherige gouden sierlijst.
Vier
Er bestaat iets als ‘het uur van de wanhoop’. La phase de désespérance, noemde mijn verloskundige het. De laatste 45-60 minuten waarin je ervan overtuigd bent dat de baby er nooit uit gaat komen, dat je dingen roept over de baby eruit knippen en dat je zonder moeite een wandbeugel in de douche van de muur trekt. De minuten waarin niemand je mag vragen of en hoe het gaat, omdat je hen anders met diezelfde wandbeugel te lijf gaat. Hierna mag je persen.
De laatste 45-60 minuten waarin je ervan overtuigd bent dat de baby er nooit uit gaat komen
Vijf
De placenta lijkt wel een buitenaards wezen. In mijn hoofd was het een schattig blobje met daaraan vast de navelstreng. In werkelijkheid is het een gigantisch orgaanachtig geval met een waaier aan dikke aders als basis: the tree of life, las ik ergens op het internet. En ja, ik had van tevoren een keer kunnen Googlen. Dan had ik vast niet met open mond toegekeken, toen de verloskundige met haar hand de lege vruchtzak met placenta had opgezet als een tent, en zei: ‘Kijk, dit was het huisje van je baby.’
Zes
Nog even over die wandbeugel: die dingen zitten eigenlijk nooit goed vast. Controleer ‘m regelmatig.
Zeven
Het moment waarop ze dat dampende hoopje mens op je borst leggen, met de stilzwijgende notie: dit is het, jullie horen voor altijd bij elkaar. Er is niets mooiers en vergeten zal je dit nooit. Voor het eerst is er een geluid dat bij het trappelende buikwezentje hoort. Er is een heerlijke geur die alles overstemt wat je ooit geroken hebt. Er zijn nieuwe ogen die je meteen herkent als eigen.
Lees meer –
Mijn eerste keer bij de gynaecoloog >
Dit intense moment aan het einde van die zevenentwintig uur doet elk detail dat eraan voorafging verbleken. Je denkt niet meer aan die onverwachte ruggenprik, die knip, de pijn of de onzekerheid als ze zeggen dat het ‘nu wel echt moet gebeuren’.
In dit moment suprême maak je nog een ander stofje aan, een allesoverstijgend stofje dat nooit meer bij je weggaat. Hoe heet het? Moederliefde.
Lara Steenvoorden (1988) is een tikkie Aziatisch en een beetje boel Brabants, maar boven alles moeder van ‘de directie’: Rijk (3) en Lex (2). Een paar keer per week schrijft ze over co-ouderschap, het leven als vrijgezel en over alle chaos die hierbij komt kijken.