Android

‘Kinderen kunnen prima een dag lummelen’

Beeld: Getty Images

Zelf lukt het Hester Zitvast niet meer, lekker lummelen, maar haar kinderen gunt ze het van harte. Laat ze in godsnaam nog even ervaren hoe het is om zich te vervelen, vindt ze. 

“Aan gras hoef je niet te trekken, dat groeit vanzelf”, heb ik ooit iemand horen zeggen en dat is sindsdien een beetje het mantra van mijn hele opvoeding geworden. Van mij hoeven ze niets. Natuurlijk moeten ze hun afspraken nakomen, zich fatsoenlijk gedragen en hun sokken in de wasmand gooien, maar je zult mij het kroost niet zien opjagen richting clubjes, talentmiddagen of muziekscholen. Wil je een dag lethargisch bankhangen? Dat mag, mijn kind, doe vooral.

Overstag

De een-na-jongste, Belle (9), heeft een pony. Een jaar geleden zijn we overstag gegaan; we hadden een weekendje een huisje-met-shetlander gehuurd en die zondagochtend was ze ontroostbaar bij het idee dat we het dier niet in de kofferbak mee zouden nemen.

“Heeft iemand nog een ongebruikte pony in de tuin staan”, grapte ik in een post op Instagram. Nog geen vijf minuten later had ik een bericht van een dorpsgenoot. Ze had er eentje in de wei en haar zoontje keek er niet meer naar om. Mijn vriend werd gek toen ik hem, op de terugweg van het weekend in de auto in het Engels (want Belle zat op de achterbank) het bericht voorlas. Als ik maar niet dacht dat ie daarmee in zou stemmen.

Een week later filmde hij intens ontroerd hét hoogtepunt uit zijn vaderschap tot nu toe: de overhandiging van Izzy aan Belle. Wat was ze blij. En nog steeds vertelt ze minstens wekelijks dat ze zich geen mooier cadeau voor had kunnen stellen.

Dagelijkse verplichting

Een pony is veel werk, daar moet je eigenlijk iedere dag heen. En als ik iets vreselijk vind, is het een dagelijkse verplichting, helemaal voor kinderen. Sinds dag één rijden er daarom twee dagen twee andere kleine meisjes op Izzy. De overige dagen gaat Belle erheen, maar nooit als ze geen zin heeft.

En zo komt het minstens eens in de week dat ze direct uit school een onesie aantrekt, zich op haar levensgrote pony van piepschuim hijst en tien afleveringen van Vrije Teugels binget. Of ze rent met een stokpaard door de kamer of ze knipt stro van papier en maakt zelf voerbakken voor haar paardenknuffels.

En Izzy dan, de enige echte pony in dit verhaal? Dat is een shetlander, die kan prima een dag lummelen in de wei, net als Belle dan bij ons thuis doet. Als er iemand is die niets tekortkomt is het Izzy wel. Aandacht te over.

Overvolle agenda

Je zal ze de kost moeten geven, kinderen met wie je met geen mogelijkheid een speelafspraak kunt maken omdat de ouders geen paal en perk hebben gesteld aan de grenzeloze clubjeszucht. Of nog erger: aan ouders die vinden dat kinderen overal op moeten. Op sport (“Selectie, selectie, mijn kind heeft talent!”), piano- of vioolles (“Ik vind muzikale ontwikkeling nou eenmaal een essentieel onderdeel van de opvoeding”) of de natuurclub (wel zo woke).

“Het wordt als lekker ambitieus gezien, zo’n overvolle agenda”

Het wordt als lekker ambitieus gezien, zo’n overvolle agenda. Niet zelden zie ik op onze manege kinderen met kletsnat haar lopen, want: net naar zwemles geweest. En dan hoor ik papa of mama zuchten en steunen omdat het om half acht ook nog eens ‘uit tegen Verweggistan was’. Wat doe je jezelf aan? Wat doe je je kind aan?

Lees ook – ‘Elke week pennen we de familyplanner vol met de schema’s van alle clubjes’ >

Jachten en jagen

Ik heb het zelf nooit goed geleerd, de kunst van het vegeteren. Mijn vriend, de vader van mijn twee jongste kinderen, beheerst de vaardigheid tot in de finesses. Ik ken niemand die zichzelf zo schaamteloos op de bank kan laten ploffen als hij. En dan ongegeneerd een beetje doelloos scrollen, zappen of midden op de dag indutten terwijl er een wielerwedstijd op staat.

Ik moest altijd iets doen van mijn moeder, dat deed ze zelf namelijk ook. “Ga toch eens buitenspelen”, riep ze dan, terwijl ze de vloer lag te dweilen of de ramen lapte. Dat wilde ik dan helemaal niet, ik vond het wel lekker zo met een boek op mijn kamer.

Aan clubjes deed ik ook al niet; ik ben geboren met een intense hekel aan alles dat riekt naar sport, ik ben amuzikaal en moet niets hebben van het verenigingsleven. Ik had zeeën van vrije tijd en vond dat zowel saai als heerlijk, maar ik moest dus wel iets nuttigs doen. Jachten en jagen, net zoals mama.

“Als je niet naar buiten gaat, ga dan je kamer even opruimen”, zei ze dan. Het liefst wilde ik dan gillen dat ik daar geen zin in had, maar in plaats daarvan nestelde het maak-je-nuttig-gen zich steeds krachtiger in mijn lijf. Ik ben helaas ook een jachten- en jagenvrouw geworden. Altijd druk met mijn werk, het huishouden of de kinderen. Maar geen jachten- en jagenmoeder. Met mijn kinderen ben ik van het laissez faire.

Altijd iets te doen

Vegeteren doe ik persoonlijk alleen in de avonduren en tegen­woordig noodgedwongen omdat ik dan gewoon echt te moe ben om nog boe of ba te zeggen. Op je 44e nog een vierde kind krijgen en denken dat je de gebroken nachten er qua energie wel even bij doet, is bijna aandoenlijk naïef van me geweest. Maar overdag sta ik aan. Er is altijd wel iets te doen, stilstand is achteruitgang – of zoiets.

Dus stof ik mijn luxaflex af als ik met een opdrachtgever de planning doorneem, werk ik mijn boterham naar binnen terwijl ik met mijn vrije hand tik en bestel ik nieuwe kleren terwijl ik de baby een potje naar binnen schep. Ik gedij bij die eeuwige flow, als ik niets doe, stapelt het werk zich alleen maar op.

“Ze moeten al zoveel, waarom zou je ze dan in godsnaam nog overal heen sleuren?”

Maar voor kinderen vind ik dat jachten en jagen absolute waanzin. Ze moeten al zoveel, waarom zou je ze dan in godsnaam nog overal heen sleuren? Pas als ze allang en breed gepensioneerd zijn, komt er weer iets van lummeltijd terug; waarom het ze zo jong al ontnemen? Waarom zou je fomo (fear of missing out) bij ze aanwakkeren als ze niet eens wéten dat er zoiets bestaat als een proefles kickboksen of een middag insecten tekenen bij het natuur- en educatiecentrum? Laat ze zich toch ook eens te pletter vervelen!

Ik kan me nog als de dag van gisteren herinneren hoe mijn een-na-oudste Floortje (18) eens languit op het aanrecht lag om te bestuderen hoe een Vitamine C-bruistablet in een glas water oploste, ze zal een jaar of negen, tien geweest zijn. Heel veel lamlendiger ga je het niet krijgen. Of dan mijn zoon (22), die als klein jongetje eens uit pure verveling de poten en staart van de hond ging opmeten met een rolmaat. Die wetenschap krijg je niet boven tafel als je van hockeyclub naar dwarsfluitles wordt gereden.

Vervelen

Het is inmiddels al uit talloze onderzoeken gebleken: verveling kan geen kwaad, integendeel, het is goed voor de ontwikkeling. Je denkt misschien een topouder te zijn door iedere dag van de ochtend tot het naar bed gaan vol te plannen, maar niets is minder waar. Geef je kind ook de tijd om die hersens tot rust te laten komen. Als die ruimte er is, komt hun fantasie tot leven.

“Als die hersens tot rust komen, komt hun fantasie tot leven”

Ik zie dat ook aan Belle. Overal in huis hangen haar tekeningen, ze heeft iedere deur voorzien van een afbeelding die wijst op de ruimte erachter: badkamer, Wouters kamer, woonkamer. Op haar speelgoedkast hangt een lijst waarop je kunt schrijven hoe laat je welk knuffelpaard buitenzet en op haar bureau staat een potje met een zelfgemaakt slijm, waar ik de ingrediënten niet van weet of wil weten. Ik zag toevallig dat er een hand strijkkralen doorheen is geroerd. Verzin het maar, daar heb je geen tijd voor als je een extra ingelaste keeperstalenttraining of een masterclass sterrenkunde hebt.

Ratrace

Je hebt er ouders bij die je in de vakantieperiode nagenoeg een burn-out bezorgen als je hun posts op social media bekijkt; van pretpark naar dierentuin naar museum naar zeilweek naar ‘mee met de boswachter’.

Nou zijn dat natuurlijk moment­opnames, maar ik gun die kinderen ook eens even lekker niks. Er staat die kleintjes allemaal een afschuwelijke prestatie­maatschappij te wachten waarin je vanzelf mee gaat rennen. En die ratrace komt eerder dan je denkt, voor je het weet hangt je tong op je knieën en plof je zelf pas om elf uur ’s avonds, na een dag werken, een vrijdagmiddagborrel, een gender reveal bij vrienden, een zumba-les en een afsluitend uurtje yoga uitgeblust op je driezitter.

Lees ook – ‘Mijn kind vermaken? Dat doet-ie zelf maar’ >

Alles eruit halen wat erin zit

Het lijkt wel alsof we tegenwoordig collectief het idee hebben dat we ons leven verkwanselen als we niet alles eruit halen wat erin zit en dat projecteren we op onze kinderen. Maar wat als ze daardoor nou de kunst van het nietsdoen niet in de vingers krijgen en net zo worden als wij? Als het ook van die volwassenen worden die hun rust niet pakken en van de stress van de ene burn-out in de andere rollen? Wat nou als we ze met al onze goede bedoelingen een o zo belangrijke ontwikkeling ontnemen; de ontwikkeling van hun creativiteit en fantasie?

Denk je dat onze grootouders op drie clubjes zaten? Dat ze überhaupt een agenda hadden als kind? Natuurlijk niet! Die bouwden een hut van openhaardhout en een hoeslaken of ze hielden een slakkenrace met de buurkinderen.

Het draait ook in deze allemaal weer om balans. Sport is goed. Een clubje is leuk. Maar een beetje kritisch kijken naar de planning kan geen kwaad. Dat je op een gemiddelde zaterdag je auto net zo goed met iets kolderieks als ‘Taxi Trudy’ kunt laten bestickeren kan nooit de bedoeling zijn.

“Kijk de kunst bij ze af, een dag zonder Yoga is een dag toch geleefd”

Wil je kind het allemaal echt wel? En wil jij het wel, dat rennen en vliegen? Je vakanties hoeven niet van A tot Z volgepland. Een gewone week ook niet. Bouw rustmomenten in om dat brein te laten groeien. Kijk de kunst bij ze af, ga zelf ook eens in een onesie een dag niets doen – die borrel borrelt ook wel zonder jou en een dag geen yoga is gewoon een dag toch geleefd. Lummelen is niet altijd lui zijn, je zou voor de grap juist dan eens een kijkje in dat kinderhoofd moeten kunnen nemen.

Een vrije middag

Onlangs kwam ik Belle bij stal ophalen. “En lekker gereden?” vroeg ik. “Nee, ik heb Izzy een vrije middag gegeven, daar had ze behoefte aan, zei ze. Wij hebben lekker op de trampoline gelegen, TikToks gemaakt en we hebben geholpen met voeren.”

Haar vriendinnen knikten instemmend vanaf de balen stro waar ze met z’n allen op lagen. Het was zo’n relaxed beeld dat ik er bijna bij was gaan liggen. Maar dat kon niet, want ik had nog een to-dolijst. Of ik jaloers ben? Eigenlijk wel ja. Over lummelen denken we veel te negatief, we zouden het op een voetstuk moeten plaatsen.

Wil je nog meer mooie en herkenbare verhalen van mede-mama’s lezen? Neem nu een abonnement en ontvang Kek Mama elke maand als eerst op jouw deurmat.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *