Waarom maken baby’s zoveel geluid in hun slaap?

Als ouder ben je vaak erg gericht op de slaap van je baby – en van jezelf. Zo wil je een veilig kamertje en is het voor veel ouders belangrijk dat een kindje zo snel mogelijk doorslaapt. Maar waar veel nieuwe ouders van tevoren geen rekening mee houden, is de hoeveelheid geluiden die je baby produceert in zijn slaap. Soms ga je zelfs twijfelen aan de vreemde (en soms alarmerende) geluiden die uit het wiegje komen. Het goede nieuws: deze slaapgeluiden bij baby’s zijn heel normaal en zelden reden tot bezorgdheid. Lees hieronder alles over de redenen achter veelvoorkomende babyslaapgeluiden, zoals grommen, kreunen, gorgelen en snuiven.

Luidruchtige slapers

Allereerst is elke baby en peuter anders natuurlijk, dus het is ook afhankelijk van je kind of het een luide slaper is. De piek van nachtelijke geluiden is vaak tijdens de eerste paar maanden van hun leven, deels omdat het spijsverterings- en ademhalingssysteem van je baby nog in ontwikkeling is. Enkele factoren die bijdragen aan babyslaapgeluiden:

• Baby’s leren hun ademhaling te reguleren, wat tot vreemde geluiden kan leiden
• Pasgeboren baby’s ademen door hun neus en kleine neusgangen raken snel verstopt, dus bij een verkoudheid kan dit tot extra geluiden leiden
• Het spijsverteringssysteem van je kindje is nog in ontwikkeling, waardoor er geluiden kunnen ontstaan bij honger, winderigheid of bij stoelgang
• Baby’s hebben korte slaapcycli en wisselen voortdurend tussen de verschillende slaapfases
• Baby’s ervaren meer REM-slaap dan volwassenen en in deze fase ervaart iedereen een meer onregelmatige ademhaling, spiertrekkingen en ogen die onder de oogleden bewegen

De slaapgeluiden nemen vaak wat af tussen de 4 en 6 maanden door de progressie in hun ontwikkeling en rijpende slaapcycli. Tegen het eind van het eerste jaar zijn eigenlijk alle geluiden gestopt, alhoewel sommige kleintjes lekker verder snurken.

Welke geluiden maken baby’s als ze slapen?

Het is soms bijna niet te geloven dat dát geluid uit jouw kindje komt. Maar veel jonge baby’s zijn erg luidruchtig tijdens middagdutjes of nachtelijke slaapsessies. Dit zijn wat veelvoorkomende geluiden en de redenen daarachter:

Onregelmatige ademhaling

Baby’s leren nog steeds om hun ademhalingssysteem te reguleren en hebben smalle luchtwege, waardoor er soms kleine perioden van onregelmatige ademhaling ontstaan (sneller, langzamer, gepauzeerd). Dit is meestal geen reden tot ongerustheid, tenzij de ademhaling moeizaam gaat.

Gekreun

Baby’s kunnen kreunen tijdens de overgang tussen verschillende slaapfasen. Je kunt de natuurlijke verstoringen die optreden als baby’s een consistent slaapritme ontwikkelen de schuld geven.

Gorgelen

Terwijl kreunen en zuchten schattige babyslaapgeluiden zijn, is gorgelen misschien niet zo schattig. Volgens kinderartsen gorgelen ze omdat slikreflexen nog niet volledig zijn ontwikkeld, waardoor ze tijdens het slapen wat melk of een deel van hun speeksel opslurpen. Een prettig geluid is het niet.

Lees ook – Je hormoonhuishouding reguleren: dit kan helpen >

Grommen

Grommen helpt baby’s hun ademhaling te reguleren en de hele nacht door een constante toevoer van zuurstof te behouden. Dit babyslaapgeluid wordt ook geassocieerd met stoelgang.

Snuiven 

Snuiven is een geluid dat achter in de keel van de baby wordt gemaakt. Baby’s ademen meestal door hun neus, dus snuiven is gebruikelijk omdat ze leren hoe ze de ademhaling en het slikken moeten coördineren.

Maag rommelt

Het spijsverteringsstelsel van je baby is nog in ontwikkeling, en dit kan tijdens de slaap rommelende of gorgelende geluiden veroorzaken. 

Lip smakken en zuigen

Smakende of zuigende geluiden komen ook ’s nachts veel voor. Deze babyslaapgeluiden duiden meestal op honger, dus wees voorbereid op een voedingssessie.

Wanneer trek je aan de bel?

Twijfel je aan bepaalde slaapgeluiden die je kindje maakt? Bel dan altijd de huisarts. Hier zijn enkele situaties waarin onmiddellijk noodhulp nodig is, omdat deze kunnen wijzen op het RSV-virus, ademnood of een ander gezondheidsprobleem:

• Moeizame of snelle ademhaling (trekken van spieren rond de neuk en/of kreunen/grommen aan het einde van een ademhaling)
• Piepende ademhaling
• Blauwe of opvallend andere kleur van het gezicht, de lippen of het lichaam
• Ingetrokken borstkas en/of wijd uitlopende neusgaten (neusvleugels)
• Pauzes in de ademhaling (ademstops) die langer duren dan normaal